Stadsrechten

Stadsrechten

De nederzettingen trokken steeds meer mensen aan. Alles moest in goede banen geleid worden. Er werden eigen wetten en regels gemaakt. De landheer, graaf of bisschop die de baas was over het gebied waar de stad lag, moest hier zijn toestemming voor geven.

Als hij dat deed kreeg de nederzetting stadsrechten en mocht het zich een stad noemen. De eerste steden in Nederland die hun stadrechten verkregen waren: 's Hertogenbosch, Deventer en Utrecht. Bijna alle andere steden die we nu nog kennen kregen hun stadsrechten in de 13e, 14e en 15e eeuw.

Tolprivilege van Floris V, graaf van Holland, gedateerd 27 oktober 1275: de lieden die bij de dam in de Amstel wonen, krijgen vrijheid van tolbetaling in het graafschap Stadszegel van Amsterdam in de Middeleeuwen

 

 

Een stad had het recht een eigen rechtbank te hebben en wetten te maken. Ook mocht een stad zich verdedigen met een stadsmuur. Hieronder zie je een plaatje van een stadsmuur:

De mensen kwamen de stad binnen door een poort. 's Avonds werden de poorten gesloten, zodat boeven en schurken niet naar binnen konden. Als je dan zelf niet op tijd weer de stad was binnengekomen, moest je de nacht buiten de stadsmuren doorbrengen. En dat was geen pretje met al die boeven buiten!

SRECHT
stadsrecht
De_stad
Stad_met_stadsrechten_jpg-1
carcassonne_2
[De Middeleeuwen] [Intro] [2. Het kasteel] [3.  De boeren] [4. Het klooster] [5. De vikingen] [6. De pest] [7. De stad] [Ontstaan] [Stadsrechten] [Hoe zag de stad eruit] [De handel] [Stadsleven] [Het voedsel] [Schout] [De gilden] [Opleiding] [Gilden in Amsterdam] [Huizen van hout] [8. De kruistochten]