De markt en de handel

Het centrum van de stad was het marktplein. Het was er vaak gezellig druk. De inwoners van de stad (poorters), liepen langs de kraampjes. Er was zelfs muziek te horen.

Hieronder zie je een paar mensen die te vinden waren op een middeleeuwse markt:
 

Bandweefsters weefden lappen stof.


 

Beenbewerker maakt uit hoorn, gewei of dierenbotten gebruiksvoorwerpen.
 

Borduurster borduurden op een borduurraam, maar ook zonder.


 

De brouwer brouwde uit gerst en kruiden bier op open vuur.
 

Een chirurgijn, een Middeleeuwse 'dokter' hield zich bezig met de geneeskunde (b.v. 'koppen zetten' en 'ader laten').


 
 

De houtdraaister draaide op een echte zweepdraaibank houten voorwerpen voor allerlei huishoudelijke toepassingen

 

De kleermaakster maakte met de hand middeleeuwse kledingstukken en hoofddeksels.


 

Kruidenvrouwen wisten alles over diverse kruiden en hun eigenschappen en de geneeskrachtige of smaakmakende werking die ze hebben.
 

De Cokinne kookte en bakte gerechten boven een open houtvuur in aardewerken potten of op metalen platen


 

De leerbewerkster maakte met de hand schoenen en ander leerwerk.
 

De malievlechter maakte uit duizenden stalen ringetjes pantsers, kappen en en handschoenen;


 

Mandenmaker en leerling vlochten manden.
 

De mersenier heeft zijn voorraad op zijn rug verkocht kleine dagelijkse voorwerpen.


 

De pijlenmaker maakte pijlen voor de verschillende bogen, uit houten schachten, ijzeren punten en echte veren

Wil je meer foto's zien, dan kun je een kijkje nemen op de site: http://www.scapreel.nl/html/ambachten.html

 

Veel steden verdienden goed aan de handel. In de vroege Middeleeuwen werden eigenlijk alleen maar luxe goederen verhandeld. Later kwamen daar de gewone spullen voor het dagelijks gebruik bij. Bijvoorbeeld etenswaren.

Op de markt stonden grote stenen huizen van de rijke mensen. Ook vond je er de kerk, het stadhuis en de waag. De waag was een grote weegschaal, waarop alle handelswaar gewogen werd voordat het verkocht werd.